Startpagina | LINKS | CONTACT

De man met de rode pet

De "man met de rooie pet"

Ik kwam laat van m'n werk thuis. Hé, wat rook het lekker naar snert. O ja, dat was waar ook: de vader van m'n vriendin werkte op een export-slagerij en hij kreeg elke week een halve varkenskop. Nu dat was toen natuurlijk best lekker, maar elke week was hen wel wat te veel. Dus wij ook aan de kop. Voor tien personen een pan zo groot als een wasketel. We aten erin als schooiers. Het vette vlees ging erin als koek. Maar ja, toen we elke week weer zo'n halve kop kregen, konden we geen snert meer zien. En op haar beurt ging moeder de varkenskoppen uitdelen in de buurt. Nu, die waren ook verzot op het vette vlees, er waren genoeg afnemers en het kostte niets. En het was een arme buurt.
Vaak stond de man met "de rooie pet" voor één van die deuren te posten. Dat was een grote schande voor die arme mensen. Als de leveranciers geen geld zagen bij de eeuwige pofklanten, stuurden ze een man, die ze huurden voor een paar centen. Z'n vuurrode pet was al in de verte te zien en dat was de bedoeling. Bij ons is hij nooit geweest. Dat wil niet zeggen dat er nooit geen schuld was. Maar de leveranciers kregen 's zomers altijd het geld, want dan schilderde mijn vader weer. 's Winters liet niemand iets schilderen, omdat de verf in die tijd niet goed droogde. En dan ging vader naar de werkverschaffing. En dan was schraalkans keukenmeester. Er was dan geen geld voor extraatjes. Maar vader, die nog altijd harmonica's repareerde en strijkstokken behaarde en violen weer goed in elkaar zette, verdiende daarmee altijd nog een kleinigheid voor Sint, Kerst en verjaardagen. En vaak had één van ons nog weleens zes cent over voor een half pond pinda's. De kleinsten werden er op uit gestuurd, naar Simon de Wit aan de Hoofdstraat:12 cent per pond. De krant ging op tafel, ieder kreeg een handje vol, de koper en de boodschapper wat meer. En vaak probeerden we de basten ook nog te kauwen, maar dat hielden we niet lang vol. We kregen ook wel eens een half ei. Maar met Pasen - dan spaarde moeder het hele jaar door bij de boterboer bonnetjes en leverde ze met Pasen in. Dan hadden we er wel eens vier elk. Feestdagen werden altijd intens gevierd.